Schrijver aan het woord
Anna Woltz over 'Skip en het spookhuis'...
Toen ik zes was, ging ik in leesstaking. Mijn moeder las mij al jaren prachtige boeken voor, en in groep drie zou ik eindelijk zelf leren lezen. Maar wat een enorme deceptie: ik hoopte op Madieke, maar kreeg 'pim zit op de wip', daar komt een mus. Ik was zó ongelooflijk teleurgesteld door de aanvankelijk lezen-boekjes van de serie Veilig leren lezen, dat ik een staking afkondigde. ‘Ik wil niet veilig leren lezen,’ riep ik tegen mijn moeder, ‘ik wil spánnend leren lezen!’ Ik las dus niet. Ik weigerde finaal die hele rij boekjes over kabouter Pim op de wip te lezen, en niemand kwam in actie. Mijn juf liet me met rust, mijn moeder maakte zich geen zorgen, het leerlingvolgsysteem bestond nog niet, aan toetsen deed mijn Montessorischool niet. Een heel schooljaar lang las ik niet, en toen werd het zomervakantie. Thuis verveelde ik me een keer, ik pakte 'De kinderen van Bolderburen' uit de kast en begon te lezen – en ik stopte nooit meer.
Precies door deze ervaring reageerde ik enorm enthousiast op het idee van Edward van de Vendel om de serie Tijgerlezen te beginnen: grappige, spannende boeken voor beginnende lezers die zich niks aantrekken van het AVI-korset. (Nou heb ik net met mijn eigen zoon meegemaakt dat in groep 3, bij de allereerste leesstapjes, AVI-boeken fantastisch kunnen werken: precies op het goede niveau en daardoor niet demotiverend. Maar zodra een kind een-soort-van-vloeiend leest, mag wat mij betreft AVI worden losgelaten.)
Tot mijn grote plezier heb ik nu al drie delen geschreven in de Tijgerlezenreeks: 'Zondag,maandag, sterrendag', 'Skip en de konijnendief' en het deze herfst verschenen 'Skip en het spookhuis', met geweldig inventieve illustraties van Lars Deltrap. In 'Skip en het spookhuis' wil de vader van Olena wil zijn verjaardag niet vieren, want hij heeft een dip. (‘Wat voor dip?’ vraag ik. ‘Ik denk…’ zegt Olena. ‘Zoals het laagste stuk van een achtbaan. Dat je opeens heel sloom gaat.’) Daarom gaan Skip en zijn vrienden een griezelfeest voor hem geven – dat hoeft namelijk niet gezellig te zijn; er zijn alleen maar vieze hapjes, en de gasten gillen. Om te ontdekken wat eng is, gaan de kinderen midden in de nacht op griezeltocht. Maar dan… wordt het écht spannend!'