Dit theaterleesboek bevat dertig zeer verschillende samenleesverhalen over thuis. Twintig verhalen en tien moppen, die eigenlijk allemaal relatief korte verhaaltjes zijn. Het interessante aan dit theaterleesboek is de diversiteit aan onderwerpen. Wel even opletten geblazen voor kinderen die andere samenleesboeken gewend zijn waarin de afzonderlijke verhalen één verhaal vormen. Dat is in deze serie niet zo. In deze serie van theaterlezen hebben de onderwerpen in de verhalen met thuis te maken, maar gaan de verhalen over allerlei verschillende dingen.
Bij theaterlezen verdeel je onderling de rollen in een verhaal. Bovenaan een verhaal zie je staan welke rollen er zijn. Bij meer dan twee rollen, moet je onderling de rollen goed verdelen, zodat je toch allebei evenveel leest. Het is aan te raden om het verhaal even door te bladeren om te zien of je de tekst een beetje gelijk kunt verdelen. Een leuke bijkomstigheid van theaterleesboeken is dat je na het lezen nogmaals de teksten kunt lezen en een voorstelling kunt geven waarbij je samen de tekst bijvoorbeeld aan een groepje of aan de klas voorleest. Het is ook goed opletten geblazen; je moet goed meelezen, want voor je het weet is de ander klaar met lezen en weet je niet meer waar je bent. Dat houdt de lezers er dus goed bij.
Uiteraard is dit boek uitgeprobeerd en samen gelezen. Het gaf veel leesplezier en het leverde veel gesprekken op over anders zijn en andere mensen. De negenjarige merkte scherp op dat eigenlijk in veel verhalen wel iets grappigs zit en dat je je af kunt vragen waarom de verdeling verhaal en mop is gemaakt. Vermoedelijk ligt dat aan de lengte van het verhaal, maar eigenlijk zijn het gewoon dertig verhalen waarbij het ene verhaal net iets grappiger is dan het andere verhaal. Dat de verhalen leerzaam zijn, is duidelijk. Je leert diverse culturen, geloven, tradities, opvattingen en diverse mensen kennen. Zo lees je bijvoorbeeld over Dia di Rei, Koningsdag, op Curaçao. Ook lees je over Hindoestaanse goden, het boeddhisme, meditatie, Keti Koti, wonen in een woonboot of flat, Kerst, Sinterklaas, Pasen, huwelijken huisdieren en over je geen jongen en geen meisje voelen. Dit zijn zeker nog niet alle onderwerpen, maar duidelijk wordt wel dat het een divers boek is. Dat betekent ook dat er in dit boek in elk geval wel een of meerdere verhalen staan die kinderen zal boeien. Mooi om op die manier te laten zien dat de wereld zo fijn divers is. De praatvragen aan het eind van elk verhaal zijn fijn voor kinderen die samen door willen praten over de inhoud van het verhaal. Zo hebben de kinderen samen gespreksstof. Een volwassene zal waarschijnlijk ook andere vragen uit het verhaal kunnen halen en die vragen bespreken met het kind, naast de eventuele praatvragen.
Bij elk verhaal staat of een grote illustratie of er staan meerdere kleinere illustraties, gemaakt door Marja Meijer. Deze illustraties voegen net even dat beetje extra toe om kinderen te helpen bij het vormen van het beeld van het verhaal. Bovenaan elk verhaal staan twee of meer 'pasfoto's' getekend van de personages die met elkaar in gesprek gaan in dat verhaal, zodat je weet wie wie is.
De tekst is niet heel ingewikkeld en goed te lezen voor kinderen vanaf een jaar of 8, maar doordat er zo'n divers aanbod aan culturen en mensen voorbij komt, zullen sommige begrippen echt nieuw zijn en nog lastig zijn. Maar eigenlijk worden de moeilijke woorden allemaal wel goed duidelijk uit de context.
Achterin het boek staan nog wat extra leestips, zodat kinderen nog meer plezier kunnen beleven aan het theaterlezen. Mocht je lestips zoeken bij dit boek, kijk dan vooral hier.