Een ideaal boek voor voetballiefhebbers, voor kinderen met geheimen, voor kinderen die dromen hebben en voor kinderen die eens over de andere kant van beroemd zijn willen lezen.
Ramo weet precies wat hij later wil worden: net als zijn voetbalheld Vinci di Balles de beste voetballer ter wereld worden. Zijn ouders willen niet dat hij op voetbal gaat. Ramo komt graag bij Daaf, van de voetbalshop, maar ook dat mag niet. Hij moet op golfles, (want dan onmoet hij belangrijke mensen voor later, aldus zijn vader) en hij moet op stijldansen. Maar al na één les stijldansen hoeft hij daar niet terug te komen. Gelukkig heeft hij tijdens zijn eerst stijldansles een leuk vriendinnetje, Juultje, ontmoet. De sfeer thuis in het kleine, smalle huis is niet heel gezellig. Ramo's zolderkamer is wel gezellig.
Als Vinci naar Ramo's woonplaats Dalfzand komt, weet Ramo niet waar hij het moet zoeken. Hij gaat naar het hotel en daar ontmoet hij door stom toeval Vinci, die wil vluchten. Vinci wordt uitgebuit door zijn manager, Don Baaiman, en daarom wil Vinci stoppen met voetballen. Ramo neemt Vinci mee naar zijn zolderkamer, zonder weg te geven dat hij fan is. Ramo verstopt Vinci in zijn kamer. Als blijkt dat manager Don net doet alsof Vinci ontvoerd is, om zo lekker veel geld te verdienen, bedenken Daaf, Vinci, Juultje en Ramo een plan...
Een ontzettend vlot, grappig, spannend en leuk boek met een fijn groot lettertype, wat het extra toegankelijk maakt. Leest als een trein! De illustraties van Emanuel Wiemans zijn speels, sprekend en een fijne, leuke aanvulling voor het verhaal.
Dit is zo'n boek dat je gewoon in één keer wilt uitlezen (en dat waarschijnlijk ook doet). De opbouw van het verhaal is sterk, iedereen die een rol krijgt in het verhaal, is voorbijgekomen in het begin van het boek door diverse toevallige gebeurtenissen. Uiteindelijk komt alles en iedereen samen en nog verrassend ook. Dat Vinci dan ook nog eens grappig praat en niet goed Nederlands kan, maakt het extra leuk.