Dit is het tweede boek met verhalen over de kinderen Ari en Loek. Ari en Loek wonen in een samengezin. Ari en haar mama Jikke en Loek en zijn papa Guus wonen samen met kat Kanarie en cavia Tijger in een wit huis met groene luiken. In dit boek staan drieëndertig korte verhalen van ongeveer drie bladzijden, allemaal voorzien van één mooie paginagrote illustratie die de kern van het verhaal weergeeft. De verhalen gaan onder andere over boos zijn, de dood van cavia Tijger, een nieuw hondje, de appelboom van Madelief (de overleden moeder van Loek), papa Ronnie die komt oppassen, koeken bakken, behangen en een nieuw broertje of zusje.
Dit is een ideaal boek om elke dag een verhaal uit voor te lezen. De verhalen zijn goed apart van elkaar te lezen, maar vormen samen wel één verhaal. Af en toe wordt er verwezen naar eerdere verhalen, zodat een volgend verhaal goed te volgen is.
Het boek barst van de leuke simpele, maar ook ingewikkelde avonturen die kleuters ook mee kunnen maken. De verhalen zijn pakkend, serieus en dan weer grappig, feestelijk of ondeugend, maar soms ook ontroerend en verdrietig. Door de fijne, korte zinnen, het mooie taalgebruik dat echt past bij kleuters en de vele leuke woordgrapjes is dit een boek dat veel kinderen zal boeien.
De illustraties van Jeska Verstegen zijn werkelijk dromerig, eenvoudig en passen perfect bij het verhaal. Ze geven de verhalen net iets meer kleur.